CECRA ijvert voor eerlijke contracten
Door de recente opkomst van zogenaamde 'non-genuine' agentuurcontracten wil CECRA wijzen op de mogelijke gevolgen van dit businessmodel. CECRA drukt de autofabrikanten op het hart om dergelijke contracten niet voor te stellen wanneer die bedrijfsmodellen niet levensvatbaar zijn.
Genuine versus non-genuine agenturen
Heel wat autofabrikanten zijn overgeschakeld op zogenaamde agentuurverkoopmodellen, om de voordelen van het wijdvertakte netwerk van onafhankelijke dealers te koppelen aan de sterktes van strakker beheerde verkoopprocessen en een directe toegang tot de klant. Die fabrikanten kunnen in theorie zelf beslissen welk distributiemodel toe te passen, al moeten ze uiteraard wel de contractuele verplichtingen naleven; het is bijgevolg niet toegestaan om verscheidene modellen te combineren en vanuit elk systeem de voordelen te halen – het zogenaamde 'cherry picking'.
CECRA ontwaarde een recente tendens bij de fabrikanten om voor een 'oprecht' (genuine) agentschapsmodel te kiezen. Hierbij wordt er een verkoopsagent aangesteld, die optreedt in naam en voor rekening van een fabrikant. Die agent neemt dan orders aan, geeft die door aan de fabrikant, waarna die rechtstreeks aan de klant levert tegen de door de fabrikant bepaalde prijs. Alle financiële investeringen en risico's worden door de fabrikant gedragen. Dit wordt oprecht genoemd omdat het buiten het toepassingsgebied valt van de mededingingswetgeving. Een oprechte agent is ook niet onafhankelijk van de fabrikant.
Daarnaast bestaat er ook een 'onoprecht' (non-genuine) agentschapsmodel. Hierbij gaan de verantwoordelijkheden van de agent verder dan een "onbeduidend" financieel risico én gaat zijn positie verloren waarmee hij vrijgesteld was van de concurrentiewetgeving. De dealer is degene die de prijs voor de eindklant bepaalt maar moet wel de financiële risico's en investeringen in grote mate dragen.
risico's bij de dealer leggen
Het is CECRA ter ore gekomen dat nogal wat fabrikanten nogal inventief worden en een 'cherry picking game' trachten te spelen: er wordt aan dealers voorgesteld om over te schakelen op 'onoprechte' agenturen, waarbij die dealers de grote investeringen en risico's moeten blijven dragen en de eindprijs niet helemaal vast zou liggen. Daardoor kan die eindprijs met enkele tientallen euro's schommelen, wat vaak de mogelijke commissie voor de dealers betekent. Dat zou er ook voor zorgen dat je niet kunt oordelen of de fabrikant al dan niet de controle heeft over de verkoopprijs en dus kan afzien van de financiële kosten en risico's. Dat terwijl de dealer plots wél blootgesteld wordt aan het risico vanuit de mededingingsautoriteiten dat er sprake is van een opgelegde wederverkoopprijs. Zo zouden ze – bewust of onbewust – belanghebbende worden bij een concurrentiebeperkende praktijk en bijgevolg blootgesteld worden aan boetes.
CECRA ijvert dan ook voor een gezond systeem. De organisatie is niet tegen oprechte agentcontracten, maar ijvert ervoor dat dealers geen bedrijfsmodellen voorgesteld – of opgedrongen – krijgen die economisch niet levensvatbaar zijn. "Welk distributiemodel de fabrikanten ook zullen uitrollen, één fundamenteel aspect is dat zij – of het nu om een distributeur of een agent gaat – een economisch levensvatbaar bedrijfsmodel nodig hebben. Anders zal de toekomst van de distributie, de reparatie en het onderhoud van auto's worden verstoord."
