Nieuwe EU-regels voor autowrakken botsen op kritiek
ELV-akkoord zet stap richting circulariteit, maar mist ambitie
De Europese Unie heeft een voorlopig akkoord bereikt over nieuwe regels voor voertuigen aan het einde van hun levensduur. Terwijl de Commissie spreekt van een doorbraak richting circulariteit, waarschuwen milieuorganisaties dat cruciale kansen onbenut blijven.

Eén kader voor ontwerp en end-of-life
Op 12 december bereikten het Europees Parlement en de Raad een politiek akkoord over een nieuwe Europese verordening rond end-of-life vehicles (ELV). Die bundelt en actualiseert de bestaande End-of-Life Vehicles-richtlijn en de 3R Type Approval-regels tot één wettelijk kader voor voertuigontwerp, productie en verwerking aan het einde van de levensduur.
Volgens de Europese Commissie moet de nieuwe verordening bijdragen aan een meer circulaire automotivesector, met een efficiënter gebruik van grondstoffen, minder afhankelijkheid van import en een betere verankering van recyclage en hergebruik binnen de EU.
Belangrijke hefbomen voor circulariteit
De verordening introduceert een aantal structurele instrumenten. Zo worden voertuigen verplicht ontworpen met het oog op eenvoudigere demontage, en moeten constructeurs duidelijke instructies voorzien voor herstel, vervanging en ontmanteling.
Daarnaast komen er voor het eerst bindende Europese doelstellingen voor gerecycleerd kunststof in voertuigen. Vanaf 2036 moet minstens 25% van de gebruikte kunststoffen gerecycleerd zijn, waarvan een deel afkomstig uit end-of-life vehicles. Ook de regels rond hergebruik van onderdelen, verbeterde verwerking van autowrakken en uitgebreide producentenverantwoordelijkheid worden aangescherpt.
De Commissie wijst erop dat deze maatregelen het mogelijk maken om jaarlijks miljoenen tonnen staal, aluminium en koper opnieuw in de Europese economie te houden, naast aanzienlijke volumes zeldzame aardmetalen.
Kritiek vanuit milieuorganisaties
Het European Environmental Bureau (EEB) en Environmental Action Germany (DUH) erkennen dat de verordening nieuwe instrumenten bevat, maar stellen dat de uiteindelijke tekst haar oorspronkelijke ambities niet waarmaakt. Volgens hen vertrok het wetgevend proces al van een zwakke basis, die onvoldoende inspeelde op de grootste structurele uitdagingen van de sector.
Zo ontbreekt elke maatregel die mikt op het verminderen van het aantal en de omvang van voertuigen, nochtans een belangrijke factor in het grondstoffenverbruik. Ook blijft de focus volgens hen te sterk liggen op recyclage, terwijl strategieën zoals levensduurverlenging, hergebruik en herstel een grotere milieu-impact kunnen hebben.
Afgezwakte doelstellingen onder druk van de sector
Volgens EEB en DUH zijn de doelstellingen tijdens de onderhandelingen verder afgezwakt. Het verplichte aandeel gerecycleerd kunststof werd verlaagd van 25% naar 15% in de eerste fase, met pas na tien jaar een opschaling naar 25%. Ook verplichte verwerkingsnormen werden versoepeld.
Daarnaast werden bepalingen die de export van oude, niet-rijvaardige en vervuilende voertuigen moesten beperken, uitgesteld. Dat ondermijnt volgens de organisaties de effectiviteit van de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid, zeker voor voertuigen die buiten de EU verdwijnen.
Reacties uit het middenveld
Volgens Fynn Hauschke, Senior Policy Officer Circular Economy and Waste bij het EEB, is het akkoord een gemiste kans. “In plaats van de automotivesector richting minder, kleinere en beter herstelbare voertuigen te sturen, zijn essentiële circulariteitsvereisten afgezwakt. Zo blijft een echte omslag uit.”
Ook DUH wijst op een bredere context. Barbara Metz, managing director bij de organisatie, verwijst naar recente kartelzaken in de recyclagesector en benadrukt dat producenten alleen via bindende verplichtingen zullen investeren in herstel, hergebruik en hoogwaardige recyclage.
Wat betekent dit voor de sector
Voor constructeurs, recyclagebedrijven, schadeherstellers en aftermarketspelers betekent de nieuwe verordening op termijn meer verplichtingen rond ontwerp, documentatie en materiaalstromen. Tegelijk blijft de discussie open over hoe ver de EU wil gaan in het afdwingen van circulariteit, voorbij louter recyclage.
De verordening wacht nu op formele goedkeuring door Parlement en Raad. Pas daarna wordt duidelijk hoe snel en hoe streng de nieuwe regels in de praktijk zullen doorwerken in de automotivesector.