"CO2-doelstellingen voor auto's moeten realistisch zijn"

Voorstellen Europees Parlement onrealistisch

Uit een nieuwe studie van de Europese Federatie van Automobielfabrikanten (ACEA) blijkt dat de betaalbaarheid van elektrische auto's klanten in de hele EU nog steeds sterk afschrikt. Uit de analyse, waarin de nationale gegevens over de marktpenetratie van elektrisch geladen voertuigen (ECV's) worden vergeleken met het bbp per hoofd van de bevolking, blijkt dat het marktaandeel van ECV's in landen met een bbp van minder dan 18.000 euro bijna 0% bedraagt, terwijl het in de helft van alle EU-lidstaten niet meer dan 0,75% bedraagt. Nu de leden van de commissies van het Europees Parlement zich in minder dan twee weken klaar maken om te stemmen over het voorstel van de Europese Commissie voor CO2-doelstellingen voor auto's na 2020, waarschuwt de ACEA dat de doelstellingen realistisch moeten zijn. Erik Jonnaert, secretaris-generaal van ACEA: "De Commissie heeft een benchmark voorgesteld voor de verkoop van volledig op accu's rijdende auto's op het niveau van 15% in 2025 en 30% in 2030. Om dit in zijn context te plaatsen: elektrische auto's op batterijen waren in 2017 goed voor slechts 0,7% van de totale autoverkoop in de EU. We zijn bezorgd dat sommige beleidsmakers volkomen onrealistische verwachtingen hebben met betrekking tot het tempo van de marktontwikkeling. De leden van het Europees Parlement mogen het effect op de bevolking niet vergeten: een gedwongen drang naar elektrificatie zou in veel EU-landen kunnen leiden tot sociale uitsluiting, waardoor de mobiliteit van de mensen die het het meest nodig hebben, wordt verminderd. Om deze sterk gefragmenteerde markt te compenseren, zou meer dan 50% van alle nieuwe auto's die in West-Europa worden verkocht, elektrisch moeten zijn om in 2030 een EU-gemiddelde van 30% te bereiken, zoals voorgesteld door de Commissie.”